Aangepaste maximum snelheid, aangepaste regelingen?

 

De kogel is door de kerk. Vanaf 16 maart 2020 wordt de maximum snelheid op Nederlandse snelwegen overdag maximaal 100 kilometer per uur. Tussen 19 uur ’s avonds en 6 uur ’s ochtends kan het zijn dat er nog wel harder gereden mag worden. Tijd voor voorbereidende maatregelen. Uiteraard moet de bebording worden aangepast. Maar voor ondernemingsraden liggen er andere opdrachten…

snelheidsbord

Wat heeft een aangepaste maximum snelheid te maken met de ondernemingsraad? In eerste instantie niets. Het is bijvoorbeeld geen besluit dat eigenlijk ter advisering of instemming voorgelegd had moeten worden. Maar het besluit kan wel gevolgen hebben voor (de uitvoering van) verschillende regelingen die in ondernemingen worden gehanteerd. We bespreken er drie:
• Verhuis- en verplaatsingsregelingen;
• Regelingen voor woon-werkverkeer;
• Regelingen voor zakelijke reizen.

Verhuis- en verplaatsingsregelingen
Veel ondernemingen hebben regelingen waarin zaken zijn vastgelegd over hoe om te gaan met situaties waarin medewerkers verplicht worden om op een andere plek te gaan werken. Bijvoorbeeld wanneer het bedrijf verhuist. In dergelijke regelingen zijn mogelijk bepalingen opgenomen over de reistijd. Dit kan zijn dat het eerste uur reistijd voor rekening van de medewerker is en dat daarna de werktijd begint. Of dat medewerkers vanaf een bepaalde reistijd niet mee hoeven te verhuizen. Wat betekent dit als de reistijd (op papier) mogelijk langer wordt als gevolg van de aanpassing van de maximumsnelheid.

Regelingen voor woon-werkverkeer
Een vergoeding voor het woon-werkverkeer is niet verplicht. Toch zijn er veel ondernemingen die een dergelijke regeling aanbieden. Is deze regeling er ook in jouw organisatie? En hoe zit deze in elkaar? Op het moment dat deze gebaseerd is op reisafstand dan zal er niet zo gauw iets wijzigen. Maar is de reistijd bepalend dan heeft de verlaging van de maximum snelheid mogelijk wel effect op de uitvoering van de regeling.

Regelingen voor zakelijke reizen
Zakelijke reizen, zo worden reisbewegingen genoemd waarbij een werknemer al op zijn werk is en vandaaruit, vanwege het werk, aanvullende reisbewegingen maakt. Vaak zijn hier regelingen voor omtrent een (hogere) kilometervergoeding. Maar het gebeurt ook dat ondernemingen er zaken in opnemen met betrekking tot reistijd zien als werktijd. Als dat laatste het geval is, verandert er mogelijk ook wat voor medewerkers. Hoeveel tijd blijft er dan bijvoorbeeld nog over om het feitelijke werk te doen? Moeten targets hier bijvoorbeeld op aangepast worden? Of moet het aantal reisbewegingen worden beperkt (van huis uit werken (meer) mogelijk maken) om toch eenzelfde opbrengst per medewerker te kunnen verwachten?

Maar er zijn nog veel meer redenen om het thema te agenderen op de overlegvergadering. Wat is bijvoorbeeld de impact van deze maatregel op het kunnen voldoen aan de Arbeidstijdenwet? En hoe werkt de aanpassing van de maximumsnelheid uit op de uitvoeringsregel van het UWV dat medewerkers een passende functie binnen 1,5 uur reisafstand moeten accepteren? Ons advies is om er niet te lang mee te wachten en ervoor te zorgen dat vóór 16 maart 2020 niet alleen de juiste borden staan maar ook de regelingen zijn aangepast!


Deel dit bericht op

Geschreven door Jurre de Haan

Senior adviseur
Mr. drs. Jurre de Haan adviseert ondernemingsraden bij juridische en bedrijfskundige vraagstukken. Denk aan ondersteuning bij reorganisaties, fusie, overnames, harmonisatie van arbeidsvoorwaarden, sociaal plan, ondernemingsovereenkomsten en andere complexe verandertrajecten. Contra-expertise […]

Lees meer