Hoe zetten we de kwaliteiten van onze OR beter in?

Een OR-voorzitter die ik al langer ken, stelde mij bovenstaande vraag. Door de verkiezingen bestaat de helft van de OR uit nieuwe leden. Hij wil dat de leden van elkaar weten waar ze goed en minder goed in zijn. Dat ze die kennis van elkaar gebruiken bij het verdelen van taken:

  • Wie haalt de hoofd- en bijzaken uit de adviesaanvraag
  • Wie stelt de vragen in het overleg over die heikele instemmingsaanvraag? 
  • Wie weet ‘hoe de hazen’ in de organisatie lopen? 
  • Wie gaat makkelijk in gesprek met collega’s?

Wie doet wat?
Een soortgelijke vraag kreeg ik bij een intakegesprek voor een training. In dat gesprek met de hele OR werd verteld dat het eerste jaar van deze periode voorbij is. De OR bestaat uit leden met een flink aantal jaren ervaring, leden met een paar jaar ervaring en leden die vorig jaar zijn begonnen. Wie welke taken oppakt, is weinig veranderd sinds de komst van de nieuwe leden. De patronen van de vorige periode zijn doorgezet:

  • De voorzitter en secretaris zijn hetzelfde
  • Degene die vorige periode de adviesbrieven schreef, doet het nu ook
  • De woordvoerders in de overlegvergadering zijn meestal de ervaren leden.

Iedereen in de OR vindt dat het tijd is om dit patroon te doorbreken, maar vraagt zich tegelijkertijd af hoe de kwaliteiten van de OR-leden beter in te zetten zijn. Niet omdat er problemen zijn, maar omdat ze nieuwsgierig zijn wat eenieder in huis heeft.

Wat voor vlees hebben we in de kuip?

Om de kwaliteiten goed in te zetten, is de eerste stap om te weten welke kwaliteiten de OR in huis heeft. Dit kan op allerlei manieren. Een goed hulpmiddel is het ‘OR Competentiespel’ met gekleurde kaartjes. Op elk kaartje staat een competentie zoals bijvoorbeeld: samenwerking, onderhandeling of o
ordeelsvorming.
Deze zijn dan vertaald naar de OR.

CompetentiekaartenOR-leden aan de slag met de competentiekaarten

Competenties: twee voorbeelden
Bijvoorbeeld, de competentie ‘samenwerking’ is omschreven als: ‘actief bijdragen aan samenwerking voor gemeenschappelijke doelen, ook wanneer dat geen direct persoonlijk belang dient’. De competentie ‘visie ontwikkelingen’ is in hoofdlijnen de richting aangeven waarin de OR zich beweegt; de doelstellingen voor het langetermijnbeleid formuleren.

Welke kwaliteiten zitten in onze groep?
De kaarten kan je op allerlei manieren gebruiken. Om de kwaliteiten van de OR-leden inzichtelijk te maken volg je de volgende 4 stappen:

  • Stap 1: Welke competenties vinden wij belangrijk om als OR in huis te hebben?
  • Stap 2: Bekijk per OR-lid welke competenties hij of zij in huis heeft: goed / gemiddeld / ontwikkelpunt
  • Stap 3: Kijk naar het resultaat van de hele groep. Zijn er bijvoorbeeld voldoende OR-leden die goed kunnen onderhandelen? Dit vanuit het idee dat een OR niet 9 goede onderhandelaars nodig heeft om te overleggen met de bestuurder
  • Stap 4: Hoe zetten we de kwaliteiten van onze OR-leden in?

Paar stappen terug
Als een ondernemingsraad de kwaliteiten van de OR-leden beter wil inzetten, maak dan een paar denkstappen terug. Begin bij welke competenties nodig zijn om als OR goed te functioneren. Kijk vervolgens waar ieder goed en minder goed in is. Gebruik die inzichten om daarna als groep opnieuw de taken te verdelen.

Houd daarbij in gedachte:
Taken waar je goed in bent, doe je meestal met plezier en leveren energie op.

Deel dit bericht op

Geschreven door Carla de Bont

Senior adviseur
Drs. Carla de Bont is sinds 1999 senior adviseur bij OR Consultancy. Advisering, procesbegeleiding en trainingen verzorgt zij vanuit bedrijfskundig perspectief. Zij is een adviseur met een brede blik. Bij […]

Lees meer